Exocriene pancreas insufficiëntie (EPI) bij de hond

Bij EPI produceert de alvleesklier geen spijsverteringssappen meer. Het gevolg hiervan is dat uw hond zijn voeding niet meer goed kan verteren. Uw hond eet heel veel, maar neemt nauwelijks energie op en zal dus vermageren. Gelukkig is exocriene pancreas insufficiëntie goed te behandelen en kan uw hond met wat aanpassingen een normaal leven leiden. Pharmacy4pets helpt u de juiste ondersteuning voor uw hond met EPI te vinden.

Wat is exocriene pancreas insufficiëntie?

Pancreas is de Latijnse naam voor alvleesklier. Dit platte, smalle orgaan ligt langs de dunne darm, vlak achter de maag. De afvoergang van de alvleesklier komt uit in de dunne darm.
De alvleesklier bestaat uit twee delen:

• De endocriene pancreas: hier worden hormonen (insuline en glucagon) geproduceerd die het suikergehalte van het bloed regelen. Als er te weinig insuline wordt geproduceerd, is er sprake van suikerziekte.
• De exocriene pancreas: deze produceert verteringsenzymen die in de dunne darm worden afgegeven om het voedsel te verteren.

Bij EPI, exocriene pancreas insufficiëntie, gaat er dus iets mis in het exocriene deel van de alvleesklier. Het woord insufficiëntie geeft aan dat de hoeveelheid geproduceerde verteringssappen te laag is.

Hoe ontstaat EPI?

Exocriene pancreas insufficiëntie is meestal het gevolg van een chronische ontsteking door een afweerreactie van het lichaam zelf. Ook ten gevolge van een chronische ontsteking van de alvleesklier kan EPI ontstaan.

Welke honden krijgen EPI?

EPI komt vaker voor bij de Duitse Herder. Ook Weimaraners en Westies zijn gevoeliger voor de aandoening. Vaak ontstaat EPI op een leeftijd van één of twee jaar. Ook bij oudere honden kan de aandoening voorkomen, dan vaak ten gevolg van een chronische pancreatitis.

De symptomen van EPI

Omdat er onvoldoende spijsverteringssappen worden geproduceerd om de voeding te verteren, komt een hond met EPI voedingsstoffen tekort om in zijn energiebehoefte te voorzien. De belangrijkste verschijnselen van exocriene pancreas insufficiëntie zijn dan ook:

• Sterk vermageren.
• Enorme eetlust.
• Grote hoeveelheden ontlasting.
• Grijs gekleurde diarree (de kleur van stopverf).
• Het eten van ‘vreemde’ dingen (pica): door de enorme honger gaan honden met EPI zoeken naar voedsel en eten daarbij ook dingen die niet bedoeld zijn om te eten. Denk aan menseneten, vuilnis, ontlasting, maar soms ook zand, stenen of speelgoed.

De diagnose van EPI bij de hond

De verschijnselen van EPI zijn vrij kenmerkend, maar kunnen ook veroorzaakt worden door andere maagdarmziekten. Daarom moet de diagnose bevestigd worden met bloedonderzoek. De test heet TLI (trypsin like immunoassay). Als de  gemeten waarde te laag is, is er sprake van EPI. De hond moet nuchter zijn bij dit onderzoek, anders kan de waarde normaal lijken en wordt de diagnose gemist.

De behandeling van EPI bij de hond

EPI wordt behandeld met alvleesklierenzymen in poedervorm: Zymoral pancreaspoeder.
Het is belangrijk dat dit poeder bij elke maaltijd en bij elk tussendoortje wordt toegevoegd.
Het poeder moet goed door het eten worden gemengd, liefst al even voordat het eten wordt gegeven, zodat het vast kan inwerken. Droge brokken moeten licht bevochtigd worden voor het poeder ermee gemengd wordt, zodat het poeder goed plakt.

Verder is het belangrijk een goed verteerbare, niet te vette voeding te geven, zoals Sanimed Intestinal. Verdeel het eten over minimaal twee porties per dag. Hoewel honden met EPI levenslang aangepast moeten eten, kunnen ze verder een normaal, gezond leven leiden. Wel blijft het opletten: als ze iets van straat pakken wat, logischerwijze, niet met pancreaspoeder gemengd is, kunnen ze dit niet verteren en zullen ze diarree krijgen.

Als u een vraag heeft over onze producten of over exocriene pancreas insufficiëntie bij de hond, neem dan contact met ons op.